Terug naar Staken of niet instellen behandeling

Bijbelse visie

Mag een patiënt een bepaalde behandeling onthouden worden door het staken of niet instellen ervan? De Bijbel geeft geen direct antwoord op deze vraag. Wel weten we dat een beslissing verantwoord is, wanneer deze in overeenstemming is met de geboden van God. Eén van die geboden – het zesde gebod – zegt dat het leven van een mens beschermwaardig is. God heeft de mens gemaakt naar Zijn beeld en gelijkenis. We mogen dus niemand doden of helpen doden. Anderzijds betekent het feit dat God Schepper is van het leven ook, dat wij niet krampachtig het leven dienen te rekken met alle medisch-technische mogelijkheden van dien. Het is een zaak van christelijke barmhartigheid dat mensen ook mogen sterven, zonder dat alle medische mogelijkheden zijn beproefd.

Kort samengevat: het dient altijd te gaan om niet-doden én om barmhartigheid, ofwel: leven én welzijn.

Soms komen we in de praktijk van alledag in situaties waarin het moeilijk is om de waarde van het leven te ontdekken, bijvoorbeeld rond het gehavende, eindigende leven. Dit kan leiden tot een innerlijk conflict, omdat we (vaak onbewust) meer beïnvloed zijn door het kwaliteit-van-leven-denken dan we zelf willen toegeven.
Bij het denken over de kwaliteit van leven is het goed om bewust te zijn van de twee kanten die hier aan zitten. Allereerst dient er natuurlijk goede aandacht te zijn voor de levenskwaliteit. Die is belangrijk, en dat is ook waar de gezondheidszorg primair op ingericht is. Wanneer dit echter niet meer 'optimaal' is, maar juist steeds meer aan 'kwaliteit' gaat inboeten, kan het evenwel niet zo zijn dat dan het leven vervolgens als onleefbaar ('kwaliteitsloos') wordt beschouwd.
Niet alle ongemak en lijden kan of moet uitgebannen worden.

Anderzijds dient ook beseft te worden dat het krampachtige pogen (met inzet van alle beschikbare middelen, die daarmee nog lang niet altijd heilzaam zijn) om de dood uit te stellen, een miskenning van de werkelijkheid is. Door voluit in te zetten op behandeling kan aan een mens kostbare en rustige tijd om zich op de dood voor te bereiden ontnomen worden. God heeft ons in het leven geroepen, en Hij roept ons er ook weer op Zijn tijd uit.

Het gaat kortom om een balans van het niet ontkennen en opheffen van het (moeilijke) leven enerzijds én het niet ontkennen en uitstellen van de dood anderzijds. Het vraagt christelijke wijsheid, barmhartigheid en fijngevoeligheid om hierin een weg te gaan.