Terug naar Niet-reanimeren

Cases

Jeanet is als verzorgende alweer een paar jaar werkzaam in huize Avondrust. In deze instelling is het reanimatiebeleid: Nee, tenzij de bewoner de expliciete wens heeft aangegeven om onder bepaalde omstandigheden toch gereanimeerd te willen worden.

Inmiddels heeft ze een meer dan gewone band opgebouwd met meneer Huisman. Meneer Huisman heeft ze zien veranderen van een krasse baas, waarmee ze soms echte geestelijke gesprekken had, in een hulpbehoevende, dementerende man. De laatste tijd heeft hij nogal dikke benen en wordt hij ook steeds kortademiger.

Op een avond treft Jeanet meneer Huisman in een rare, scheve houding aan. Hij ziet nogal blauw en haalt reutelend adem. Ze staat even in dubio: roept ze een collega om te reanimeren, of belt ze de familie dat ze direct moeten komen? Ze besluit het laatste te doen.

Nabeschouwing: De vraag die zich opdringt is: mag iemand nog ‘gewoon’ sterven, moet niet geconcludeerd worden dat in deze casus de aftakeling van lichaam en geest voorboden zijn van het naderende einde? Reanimeren zou in dat geval een miskenning van de realiteit zijn.